Elke begeleider die zich vanaf 1 maart 2024 op een voorlopig rijbewijs M36 of M12 laat registreren moet een vormingsmoment volgen.

Praktisch:

  • Het vormingsmoment moet minstens 5 maanden voor het praktijkexamen gevolgd zijn door de begeleider van een kandidaat met een voorlopig rijbewijs M36 dat niet omgewisseld werd.
  • Het vormingsmoment mag minder dan 5 maanden voor het praktijkexamen gevolgd zijn door begeleiders van kandidaten met een voorlopig rijbewijs M12 en kandidaten met een rijbewijs voorlopig M36 dat omgewisseld werd van een voorlopig rijbewijs M18.
  • De regel geldt voor begeleiders van kandidaat-bestuurders met een voorlopig rijbewijs uitgereikt vanaf 1 maart 2024. Bij een omwisseling of duplicaat vanaf 1 maart 2024 telt de aanvraagdatum van het eerste voorlopig rijbewijs.
  • Attesten die sinds 2017 zijn uitgereikt, blijven geldig.
  • De controle gebeurt bij het examencentrum op het moment dat het praktijkexamen wordt afgelegd, ongeacht of het examen afgelegd wordt met jouw begeleider of via de rijschool.
  • De attesten van de vormingsmomenten zijn 10 jaar geldig.

De vormingsmomenten zullen vanaf het voorjaar 2024 georganiseerd worden:

  • fysieke vormingsmomenten in onze lokalen van Asse, Berlare, Dendermonde, Lokeren, Meise, Puurs, Wetteren en Zele.
  • online vormingsmomenten

Interesse?  Vul onderstaand formulier in en we houden u op de hoogte van de planning van deze momenten.

  • ingeschreven zijn in België en houder zijn van een identiteitsdocument, afgegeven in België;
  • sedert ten minste 8 jaar houder zijn van een rijbewijs B (Belgisch of Europees rijbewijs);
  • gedurende de laatste 3 jaar niet vervallen geweest zijn van het recht om een motorvoertuig te besturen;
  • behalve voor dezelfde kandidaat, niet op een ander voorlopig rijbewijs als begeleider vermeld geweest zijn binnen het jaar vóór de datum van afgifte van het voorlopig rijbewijs. Dit verbod is niet van toepassing voor de begeleiding van zijn echtgenoot of de persoon waarmee hij wettelijk samenwoont of een feitelijk gezin vormt, zijn kinderen, kleinkinderen, zussen, broers en pleegkinderen of die van zijn echtgenoot of de persoon waarmee hij wettelijk samen- woont of een feitelijk gezin vormt;